Er zijn een aantal dingen die niet op de meeste checklists staan, maar waar toch makkelijk foutjes in kunnen sluipen.

In dit blog noem ik er 3, die allemaal nóg iets gemeenschappelijk hebben:
ze hebben alle drie te maken met de Omzetbelasting (BTW).

Lees snel verder, dan zie je vanzelf op welke manier.

Auto

Als jij voor je zakelijke kilometers met een auto reist, kun je te maken hebben met woon-werkverkeer: de kilometers vanaf je huisadres naar een vaste externe locatie.

Die externe locatie kan van jezelf zijn. Maar het kan ook een locatie van een opdrachtgever zijn voor een langdurige opdracht.

Voor de Inkomstenbelasting is dit geen probleem: de woon-werkkilometers kun je gewoon als zakelijk beschouwen.

Voor de Omzetbelasting is dat helaas een ander verhaal: voor deze belasting zijn de woon-werkkilometers privé-kilometers …

Om vast te stellen hoeveel (welk aandeel van je) kilometers vallen onder woon-werkverkeer, is het belangrijk dat je een goede kilometerregistratie als basis hebt.

Bij een auto-van-de-zaak mag je de BTW op je autokosten voor het aandeel woon-werkverkeer dus NIET terugvragen.
Heb je dat per ongeluk wél gedaan, dan is het nu de tijd om dit te corrigeren (via een suppletie-aangifte, zie verderop).

MAAR: voor zakelijke kosten waar je de BTW niet voor terug kunt vragen, wordt de niet-terug-te-vragen-BTW onderdeel van de kosten.
Dat geldt dus ook voor de BTW over het aandeel woon-werkverkeer.

Is het nodig dat je de terug te vragen BTW corrigeert (zie hiervoor), dan verhoog je de autokosten met diezelfde correctie.

Zakelijke kilometers met je privé-auto

In dit geval hoef je niks aan te passen voor je aangifte Inkomstenbelasting.

Maar misschien was je BTW-aangifte over het 4e kwartaal niet helemaal compleet?
Je mag namelijk de BTW over de kosten voor brandstof-, reparatie- en onderhoudskosten voor het zakelijke gebruik terugvragen.

LET OP: in dit geval geldt net zo goed dat woon-werkverkeer voor de Omzetbelasting gezien wordt als privé-kilometers!

Ben je deze BTW vergeten terug te vragen? Of heb je dat wel gedaan, maar heb je per ongeluk de woonwerk-kilometers meegeteld als zakelijke? Dien dan een Suppletie-aangifte Omzetbelasting in (zie verderop).

Ook voor het zakelijk gebruiken van je privé-auto is het dus belangrijk om je kilometers goed vast te leggen!

(Het bestand maakt vooralsnog alleen een splitsing tussen privé- en zakelijke kilometers. Heb jij te maken met woon-werkverkeer? Neem dan even contact met me op.)

KOR (kleineondernemersregeling)

Ook dit is een pure BTW-regeling, maar ook deze heeft invloed op je aangifte Inkomstenbelasting.

Weet je niet wat de KOR inhoudt? Wil je weten of jij ervoor in aanmerking komt?
In dit blog leg ik ‘m helemaal uit.

Het gaat dus om het saldo dat je hebt afgedragen (of had moeten afdragen), maar wat je onder de KOR helemaal of voor een gedeelte terug krijgt.

Wat doe je met dat bedrag, waar laat je het in je boekhouding?

Het is géén netto cadeautje van de Belastingdienst, dus je kunt het niet zondermeer naar je privé-rekening overboeken.

Maar wat dan wel?
Je telt het ‘KOR-bedrag’ bij je omzet.

Je omzet gaat dus omhoog door het bijgetelde KOR-bedrag.
Daardoor wordt je winst hoger. Net als de Inkomstenbelasting die je daarover mag afdragen.

Zo krijgt de Belastingdienst via een omweggetje alsnog een stukje van je KOR-bedrag.

Werk je met een boekhoud(st)er, dan regelt hij of zij dit. Als het goed is.
Jouw taak in dit geval is, om te controleren of het inderdaad goed is gegaan.

Om dat te kunnen, is het dus nodig dat je weet ‘hoe het werkt’.
En dat weet je bij deze.

Suppletie-aangifte OB

Over het algemeen komen in deze periode ALLE uitgaven, bonnetjes en facturen op tafel.
Alle verkoopfacturen zijn ook compleet.

Daarom is dit hét moment dat je een BTW-herberekening over het hele afgelopen jaar maakt.

Daaruit kan blijken dat er een verschil zit tussen de jaarberekening en wat je aan hebt gegeven over de 4 kwartalen. Door een vergeten bonnetje. Of door een vergeten verrekening (zie bijvoorbeeld hierboven).

Daar hoef je niet van in de stress te schieten, want dat is nou precies waar de suppletie-aangifte voor is.

Door deze in te dienen, hebben al je aangiftes over het vorige jaar, zowel voor de Omzetbelasting als voor de Inkomstenbelasting, exact dezelfde cijfers als basis.
En daar maak je de Belastingdienst blij mee.

Ook voor dit onderdeel geldt: werk je met een boekhoud(st)er, dan maakt hij of zij als het goed is standaard die herberekening.
Aan jou de schone taak om te (kunnen) controleren of het inderdaad goed is.

Vorige maand heb ik deze 3 punten besproken in een live-uitzending op m’n Facebookpagina. Samen met nog een paar andere kleine tips.
Vind je het prettig om die uitzending even terug te kijken?
Je vindt ‘m hier op m’n Facebookpagina, of hier op m’n YouTube-kanaal.

Ik ben heel benieuwd: check jij deze 3 puntjes elk jaar bij je aangifte Inkomstenbelasting?
Laat je het me even weten via een reactie hieronder?

Ken jij andere ZZP’ers voor wie dit blog interessant is? Deel ‘m dan met ze via één van de social media-buttons.

Het bericht 3 BTW-zaken die invloed (kunnen) hebben op je aangifte Inkomstenbelasting verscheen eerst op De ZZP-School.

Maar in de praktijk blijf ik toch een paar dingetjes steeds weer tegen komen. En dat is voor mij, met de nieuwe BTW-aangiftemaand in aantocht, genoeg reden om er een blog aan te wijden.

De eerste twee punten zijn op jou misschien niet van toepassing. Maar – ook al denk je misschien van niet – de derde zeker WEL. Dus lees die in ieder geval even.

Opgaaf ICP

Als je een dienst of product verkoopt aan een ondernemer in een ander EU-land, zijn er een aantal extra dingen om op te letten:

• De opmaak van je factuur moet aan een aantal andere/extra regels voldoen.
• De factuur komt (daardoor) op een andere manier in je BTW-aangifte terecht.
• Je moet, naast je BTW-aangifte, ook een Opgaaf ICP indienen.

Als je een boekhoudprogramma gebruikt, helpt dat je – in principe – met het 2e en 3e punt. Doe je je BTW-aangifte (nog) via de site van de Belastingdienst, dan zul je zelf aan de bak moeten.

In dit blog lees je hoe je voor deze situatie een correcte factuur maakt en welke gegevens je nodig hebt voor je Opgaaf ICP.

KOR (kleineondernemersregeling)

Met de BTW-aangifte over het 2e kwartaal ben je halverwege het jaar. In principe kun je nu een redelijke inschatting maken van de totale BTW die je over het hele jaar moet gaan afdragen.

Je zou dus bij benadering kunnen uitrekenen of het saldo van de BTW dat je over het hele jaar moet betalen lager wordt dan € 1.345 (of € 1.883). Is dat het geval, dan kom je in aanmerking voor de KOR.

Je kunt nu besluiten om daar alvast rekening mee te houden bij deze en je volgende BTW-aangiftes.

Speel je het liever op zeker? Doe dit kwartaal en het volgende je BTW-aangifte op de normale manier. Het verrekenen van de hele KOR doe je dan op de laatste aangifte over dit jaar.

BTW op onderhouds-, reparatie- en brandstofkosten voor de auto (en motor)

Of je nou in een auto-van-de-zaak rijdt of zakelijke kilometers maakt in je privé-auto:
je mag in allebei de gevallen de BTW terugvragen over het zakelijke deel van de kosten die ik hierboven heb genoemd.

Ja, ook als je in je privé-auto rijdt!

Let wel even op: voor brandstofkosten mag je de BTW alleen terugvragen als je afrekent met een zakelijke pinpas, zakelijke creditcard of zakelijke tankkaart!

Heb je contant betaald of met de pinpas van je privé-rekening?

• Bij een auto van de zaak mis je dan de BTW-aftrek, maar mag je het hele bedrag (dus inclusief BTW) opvoeren als kosten.
• Rij je zakelijk in je privé-auto? Dan heb je pech en kun je de brandstofbonnetjes weggooien …

Heb je nog vragen over de BTW-aangifte?
Check dan even of ik daar misschien in één van deze blogs over heb geschreven.
Je mag je vraag natuurlijk ook altijd stellen via een reactie onder dit blog.

Doe jij je BTW-aangifte via een boekhoudprogramma? Of doe je ‘m via de site van de Belastingdienst? Ik ben benieuwd, laat je het even weten via een reactie hieronder?

Ken jij andere ZZP’ers voor wie dit blog interessant is? Deel het dan met ze via één van de knoppen hiernaast.

Het bericht Ja, wéér die BTW-aangifte: toch nog 3 aandachtspuntjes verscheen eerst op De ZZP-School.

Ik heb over deze steeds terugkerende activiteit al meer blogs geschreven.
Die kun je via deze link nog ‘ns op je gemak nalezen.

In dit blog wil ik het met je hebben over 3 regelmatig voorkomende uitgaven en inkomsten.
En hoe je kunt voorkomen dat je daarmee de fout in gaat bij het doen van je BTW-aangifte.

#1 – BTW aftrekken over zakenlunches/-borrels/-diners

Veel horecagelegenheden geven bonnetjes af waarop de BTW netjes uitgesplitst is.
Daardoor zou je zomaar kunnen denken dat je de BTW op die bonnetjes kunt terugvragen.

HELAAS!

Over eten en drinken dat jij gebruikt in een horecagelegenheid, is de BTW NIET terugvraagbaar.
Sterker nog: je mag niet eens 100% van het totaalbedrag opvoeren als kosten!

Sinds dit jaar (2017) mag dat voor 80%.
De resterende 20% is ‘eigen gebruik’ en komt dus regelrecht uit je eigen portemonnee.
Fijn om te weten voor de volgende keer dat je een zakenrelatie uitnodigt voor de lunch.

Waarom die BTW dan toch uitgesplitst staat op je bonnetje?
Voornamelijk omdat dat handig is voor de administratie van de horecagelegenheid.

(Tot en met 2016 mocht je 73,5% van het totaalbedrag opvoeren als kosten.)

#2 – Buitenlandse BTW (VAT) aftrekken

Nog zo’n instinkertje, dat met al onze internetaankopen steeds vaker voorkomt: een zakelijke bon/factuur uit een ander EU-land met bijvoorbeeld 21% VAT.
Je zou je zomaar kunnen vergissen en dat bedrag opvoeren bij de terug te vragen BTW.

Als je dat doet, doe je het toch echt verkeerd: VAT is geen BTW.
En mag je dus ook niet als BTW behandelen.

Maar wat doe je dan wel??

Voorkom dat je een factuur krijgt met VAT

Als je vóór je aankoop je Nederlandse BTW-nummer opgeeft aan de buitenlandse EU-ondernemer, mag hij/zij je een factuur zonder VAT geven.
Daarop moet dan wel jouw Nederlandse BTW-nummer staan en iets als “BTW verlegd” (maar dan in de taal van dat land, natuurlijk).

[thrive_custom_box title=”” style=”dark” type=”color” color=”#f3e8d4″ border=”#f3e8d4″]Dit werkt andersom natuurlijk net zo. Dus als jij een zakelijke dienst of een zakelijk product levert aan een andere EU-ondernemer. Hoe je dat op je factuur vermeldt en waar je het BTW-identificatienummer van de andere EU-ondernemer checkt (!), lees je in dit blog.[/thrive_custom_box]

Vervolgens vul je op je aangifte 2x het fictieve BTW bedrag in ‘alsof het Nederlandse BTW zou zijn’ (vaak 21%):
• Bij Leveringen/diensten uit landen binnen de EU (4b)
EN
• Bij Voorbelasting (5b)

Per saldo hoef je dus niks af te dragen, maar heb je het op de goeie manier netjes aangegeven.

Je hebt al een factuur met VAT gekregen en betaald

In uitzonderlijke gevallen kun je om een gecorrigeerde factuur en bijbehorende terugbetaling vragen. Maar vaker heb je het er maar mee te doen.

Je betaalt helaas iets meer dan in het geval van verlegde BTW, maar toch helpt de Belastingdienst je nog een klein beetje mee.
Je mag namelijk het totaalbedrag – dus inclusief VAT – opvoeren als kosten.

Je hebt al een factuur ontvangen en betaald met een bedrag aan VAT dat groter is dan het drempelbedrag

Afhankelijk van het tijdstip waarop je die VAT wilt terugvragen, geldt een drempelbedrag van € 400 of van € 50.
Als het VAT-bedrag op jouw factuur (facturen) hoger is, kun je het terugvragen in het EU-land waar je de aankoop hebt gedaan.

Dat klinkt makkelijker dan het is, dus voor dit blog volsta ik met de link naar de informatie op de site van de Belastingdienst en een bemoedigend “succes!”

#3 – Geen BTW in rekening brengen

Laatst zag ik deze vraag (weer) in een Facebookgroep terugkomen:
“Mijn klant wil graag een factuur zonder BTW, want zij zijn niet-BTW-plichtig – hoe doe ik dat?”

Het antwoord op die vraag is heel simpel: NIET zondermeer.

Voor jouw factuur is het namelijk totaal niet van belang of jouw klant al dan niet BTW-plichtig is.
Het gaat erom of jij dat bent.
En of de dienst en/of het product dat jij levert een uitzondering is op de hoofdregel.

Ben jij BTW-plichtig en valt jouw dienst of product onder geen enkele uitzonderingsregel?
Dan bereken je over alles wat je factureert 21% BTW.

Heb je per ongeluk toch één van deze makkelijk te maken foutjes in je aangifte over het vorige kwartaal gemaakt?
Geen nood:  je mag ‘m gewoon in dit kwartaal corrigeren.
Tenminste, als het bedrag waar het om gaat niet groter is dan € 1.000.

Succes met het doen van je BTW-aangifte!

Doe jij je BTW-aangiftes zelf of laat jij ze voor je doen? Wat is de reden van die keus?
Ik ben heel benieuwd naar je reactie.

Ken jij andere ZZP’ers voor wie dit artikel interessant is? Deel het dan met ze via één van de opties hieronder.

Het bericht 3 Makkelijk gemaakte fouten bij je BTW-aangifte verscheen eerst op De ZZP-School.

Heb je je aangifte Inkomstenbelasting over het voorgaande jaar al gedaan, dan ben je klaar. Heb je uitstel aangevraagd en ‘m later gepland, dan ben je (voor nu even) ook klaar.

Maar wil je die aangifte ook vóór 1 mei ingediend hebben, dan heb je het deze maand best druk.

Om je te helpen, heb ik hieronder een paar laatste tips voor je.

Aangifte Inkomstenbelasting – zorg ervoor dat je alle benodigde gegevens hebt

Of je nou zelf je aangifte verzorgt, of dit door een ander laat doen: de gegevens die nodig zijn om de aangifte in te vullen, zijn hetzelfde.

Tip #1 – Zorg voor een goeie checklist

Voor het privé-deel van je aangifte heb je veel aan een goeie checklist.
Daarmee heb je alle benodigde gegevens bij de hand en kost het (laten) doen van de aangifte minder tijd.

Gelukkig hoef je voor zo’n checklist niet ver te zoeken: “Google to the rescue”

Voor het zakelijke deel van je aangifte is het belangrijk dat je boekhouding over het aangiftejaar compleet (en) op orde is. Dat klinkt als een open deur, maar er zijn een paar dingen die nog wel ‘ns over het hoofd worden gezien:

Tip #2 – Kosten in het aangiftejaar, betaling in het nieuwe jaar

Van sommige regelmatig terugkerende kosten volgt de betaling pas in januari van het nieuwe jaar, terwijl de kosten zelf in je boekhouding van het aangiftejaar horen.
Vooral als je via automatische incasso betaalt, is het makkelijk om dit soort kosten te ‘missen’.

Check daarom altijd je bankmutaties van januari (en soms zelfs van februari) op dit soort uitgaven.

Tip #3 – Betaling in het aangiftejaar, kosten in het nieuwe jaar

Het omgekeerde kan ook het geval zijn: je hebt al in het aangiftejaar de factuur gekregen en betaald voor iets wat thuis hoort bij het volgende jaar. Dit soort kosten vallen onder de categorie ‘overlopende posten’.

Een voorbeeldje: de door jou vooruitbetaalde kosten voor het ticket van een training in januari van het nieuwe jaar.

Tip #4 – Afschrijving van investeringen

Heb je in het aangiftejaar een ‘zakelijk goed’ aangeschaft van € 450 (exclusief BTW) of meer? Dan mag je die kosten niet in één keer opvoeren in je administratie, maar moet je ze gaan afschrijven, verdelen over meerdere boekjaren.

Check voor de zekerheid even al je uitgaven van € 450 of meer. Check daarna of je die op de goeie manier in je boekhouding hebt verwerkt. Of dat het voor je boekhouder duidelijk is hoe hij of zij die moet verwerken.

Tip #5 – Extra aftrek door je investeringen

Nu je toch al je investeringen in het aangiftejaar op een rijtje hebt, bereken dan gelijk even het totaal ervan. Is dat groter dan € 2.300, dan kom je misschien in aanmerking voor de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA).

Tip #6 – Privé betaalde kosten

Als ZZP’er heb je een voordeel boven ondernemers met een andere ondernemingsvorm: JIJ bent je bedrijf. Om kosten te mogen opvoeren in je boekhouding, hoef je ze dus niet per se van een zakelijke rekening te betalen. (Uitzondering: brandstof voor een auto-van-de-zaak!)

Dit voordeel heeft tegelijkertijd ook een nadeel: je zakelijke bankmutaties kunnen niet dienen als ‘dubbelcheck’ of je geen bonnetje of factuur bent vergeten.

Heb je regelmatig zakelijke kosten van je privé-rekening betaald?
Loop je privé-bankmutaties dan voor de zekerheid nog even na.

Tip #7 – Internet en telefoon

Werk je (veel) vanuit huis? En maak je daarbij gebruik van je privé geregelde internetaansluiting? Dan mag je een deel van de kosten daarvan opvoeren als zakelijke kosten.

Hetzelfde geldt voor het zakelijke gebruik van je (privé) vaste telefoonaansluiting. Dit geldt trouwens alleen voor de belkosten, niet voor de kosten van het abonnement/je aansluiting. Bij veel providers is je aansluiting tegenwoordig gratis, maar check voor de zekerheid je rekening even.

Aangifte Omzetbelasting over het 1^e kwartaal

Deze aangifte moet echt op 30 april bij de Belastingdienst BINNEN zijn. En niet alleen je aangifte, maar ook de (eventuele) bijbehorende betaling. Tenminste, als je een boete (of 2) wilt voorkomen. Wacht dus niet tot het laatste moment!

Tip #8 – De factuurdatum is leidend

De BTW op ALLE facturen en bonnen met een datum uit het 1^e kwartaal horen bij je BTW-aangifte over het 1^e kwartaal. Ook de facturen die horen bij de kosten van tip #2 en/of #3.

Tip #9 – BTW over het zakelijke gebruik van je privé-auto

Heb jij zakelijke kilometers gemaakt in je privé-auto? Dan mag je een deel van de BTW terugvragen die je hebt betaald voor de brandstof-, onderhouds- en reparatiekosten.

Tip #10 – Internet en telefoon

Van de kosten die ik heb genoemd bij tip #6 mag je over het zakelijke deel ook de BTW terugvragen.
Niet vergeten, want dat zou zonde zijn.

Heb jij nog aanvullende tips? Die het invullen van de aangiftes net wat makkelijker maken? Deel ze hieronder met ons, daar maak je jouw mede-ZZP’ers vast blij mee.

Ken jij andere ZZP’ers voor wie dit artikel interessant is? Deel het dan met ze via één van de knoppen hieronder.

Het bericht 10 Laatste tips voor je belastingaangiftes verscheen eerst op De ZZP-School.

Daarnaast staat er een heel nieuw, vers jaar voor de deur. Vol met nieuwe kansen. Hoe beter voorbereid jij aan het nieuwe jaar begint, hoe meer kansen je ziet en kunt grijpen.

Van mij krijg je daarom geen eindejaarschecklist (die zijn er al genoeg), maar een all-in-one-checklist.

Marketing

Om een strategie voor het nieuwe jaar te plannen, is het belangrijk dat je weet wat je inspanningen je dit jaar hebben opgeleverd.

Als het goed is, had je voor dit jaar doelen gesteld: 50 extra volgers op Twitter, 200 extra fans op Facebook, een verdubbeling van het aantal inschrijvingen op je nieuwsbrief – dat soort dingen. Je weet ook wat je hebt gedaan om je doelen te halen.

Meet je resultaten af aan de inspanningen die je ervoor hebt geleverd en je weet wat je te doen staat in het nieuwe jaar.

Werk vooruit

Schrijf je blogs en Social Media-updates voor de ‘feestelijke periode’ van tevoren en plan ze in. Doe dat niet strak tot nieuwjaarsdag, maar gun jezelf minstens de eerste week van het nieuwe jaar ook nog wat ‘rust’. Zo kun je optimaal van deze gezellige periode profiteren, terwijl je bedrijf gewoon zichtbaar en aanwezig blijft.

Kerst- en nieuwjaarswensen

Heb jij je Kerst- of nieuwjaarswens voor je klanten al geregeld of zelfs verstuurd?

Misschien is het een leuk idee om een paar speciale klanten een extra blijk van waardering te sturen. Hou dan wel de fiscale regeltjes in de gaten, zodat het geven van een cadeautje leuk is en blijft.

Boekhouding

Ik schreef het in de inleiding al: er zijn genoeg eindejaarschecklists voor je boekhouding. Toch wil ik er één puntje uitlichten. Hij hoort eigenlijk niet eens bij je eindjaarscheck, want de deadline ligt een maand later, maar vooruit.

Correcties privé-gebruik

In de laatste BTW-aangifte van het jaar moet je (ja, moet je) bepaalde verrekeningen toepassen. De correctie voor het privé-gebruik van de auto-van-de-zaak is bij de meesten van ons wel bekend. Maar misschien gebruik je wel meer zakelijke middelen voor een deel ook privé.
Als je 100% van die kosten hebt opgevoerd en 100% van die BTW hebt afgetrokken, moet je hier dus ook voor corrigeren.

Andersom: je hebt misschien een aantal privé-middelen (ook) zakelijk gebruikt. Bijvoorbeeld omdat je vanuit huis werkt en gebruik hebt gemaakt van de privé-internetaansluiting. Als je het nog niet eerder hebt gedaan: voer het zakelijk gebruik op als kosten en vraag de BTW over die kosten terug in de laatste aangifte van het jaar.

Fiscaal

Er zijn een paar fiscale zaken die niet direct met je boekhouding te maken hebben, maar waar ondernemers toch mee te maken (kunnen) hebben. En waar 31 december een keiharde deadline voor is.

Investeringsaftrek

Als je in één boekjaar meer dan € 2.300 investeert, kun je gebruik maken van de Kleinschaligheidsinvestering Aftrek (KIA). Zit je in de buurt van dit bedrag? Overweeg dan om nog dit jaar een extra investering te doen. Dat levert je namelijk een extra aftrek op van 28% van het bedrag van je investering(en). Meer informatie vind je in dit artikel.

Premies voor inkomensvoorzieningen

Betaal jij premies voor een (gerichte) lijfrente-oplossing en/of een arbeidsongeschiktheidsverzekering? Als je ervoor zorgt dat de betaling vóór 1 januari binnen is bij de bank of verzekeraar, is de premie/inleg nog over dit jaar aftrekbaar. Extra voordeeltje: het premiebedrag telt niet meer mee voor je box 3-vermogen. De peildatum daarvoor is namelijk 1 januari.

Planning

Voor de rest van je planning geldt hetzelfde als voor je Marketingplanning: je begint met het evalueren van dit jaar. Heb je je doelen gehaald? Ruim? Krap? Niet? Pas als je dat, samen met de consequenties, voor jezelf duidelijk hebt, kun je beginnen aan je planning voor het nieuwe jaar.

Prijsaanpassing

Ook je verkoopprijs evalueer je voordat je een nieuwe vaststelt. Welke zaken meespelen bij het vaststellen van een winstgevende verkoopprijs kun je lezen in dit artikel.

Een vraag die ik de laatste dagen veel tegenkom is “Hoe voer ik m’n prijs voor het nieuwe jaar in? Ik wil m’n bestaande klanten niet voor het blok zetten”.

Mijn suggestie: laat de nieuwe prijs gelijk vanaf 1 januari gelden. Staan de prijzen op je website? Pas ze per 1 januari gelijk aan. Stuur je bestaande klanten een e-mail waarin je ze op de hoogte stelt van de nieuwe prijs. Vermeld daarbij dat voor hen – en alléén voor hen – de oude prijs nog tot (een datum van jouw keuze) geldt.

Dit levert jou 4 voordelen op:

• nieuwe klanten betalen gelijk je nieuwe verkoopprijs;
• bestaande klanten zijn tijdig ingelicht;
• bestaande klanten voelen zich bevoorrecht – zij hebben (tijdelijk) een positieve uitzonderingspositie;
• met enige mazzel bezorgen je bestaande klanten je extra omzet, omdat ze van de lagere prijs willen profiteren.

Heb jij nog andere eindejaarstips voor je collega-ZZP’ers? Zet ze dan hieronder in een reactie, alvast bedankt!

Het bericht Een eindejaarschecklist is maar de helft van het verhaal verscheen eerst op De ZZP-School.

Misschien ken je de Engelse uitspraak “Be careful what you wish for”? Om er maar gelijk een Nederlandse uitspraak aan te plakken: je krijgt de lusten én de lasten. Sterker nog: zijn die beoogde lusten misschien niet stiekem lasten??

Wanneer is een jaarlijkse BTW-aangifte een goed idee?

Als je een goede routine hebt in het bijhouden van je boekhouding, kán het een goed idee zijn. Je doet na afloop van het jaar in één keer de aangifte over het afgelopen boekjaar. Heb je dat helemaal foutloos gedaan, dan ben je ook gelijk klaar.

Naast een aantal voorwaarden aan je omzet, zijn er een aantal voorwaarden aan jou:

• Je weet aan het begin van het jaar al zeker dat het BTW-saldo over het hele jaar niet hoger wordt dan € 1.883.
• Je hebt alle bonnen en facturen bewaard (ook die je via e-mail of internet krijgt), op zo’n manier dat je er makkelijk een BTW-aangifte uit kunt opstellen. Misschien heb je ze gedurende het jaar zelfs al allemaal netjes in een Excelsheet of boekhoudprogramma gezet.
• Je hebt gelijk na ontvangst de bonnen en facturen gecheckt tegen de regels voor aftrek BTW. Waar nodig heb je een juistere factuur opgevraagd.
• Je rijdt geen auto van de zaak, of hebt de BTW over je privé-gebruik zelf al netjes gecorrigeerd.
• Je rijdt geen auto van de zaak en hebt zelf al de BTW-teruggave over je zakelijke autokosten in je boekhouding verwerkt.

‘Maar één keer per jaar gehannes met je bonnetjes’ past niet bij dit rijtje.
Als je op deze manier denkt over je boekhouding, is een jaaraangifte voor jou waarschijnlijk de slechtste optie die er is. Voor je het weet ben je de hele maand januari bezig met je BTW-aangifte.

Wanneer is juist een maandelijkse BTW-aangifte een goed idee?

Als je regelmatig BTW terug krijgt op je kwartaalaangifte, kan het een goed idee zijn om je aangifte per maand te doen. Je krijgt dan sneller je geld terug.

Een maandelijkse aangifte is ook het overwegen waard als je niet zo gedisciplineerd met je boekhouding omgaat. Door de maandelijkse aangifte heb je een mooie stok achter de deur en blijf je lekker bij.

Een vrijwillige maandelijkse aangifte moet je ook aanvragen bij de Belastingdienst.

In sommige situaties ontkom je niet aan een maandelijkse aangifte:

• Als de Belastingdienst vindt dat jij wel erg veel moet afdragen op je kwartaalaangifte, passen ze zelf de aangiftetermijn aan naar ‘maand’.
• Dat doen ze ook als je (te vaak) te laat bent met je kwartaalaangifte en/of de bijbehorende betaling.

Persoonlijk zie ik het nut van een jaaraangifte niet zo. Als je aan de voorwaarden daarvoor voldoet, is het een kleine moeite om een kwartaalaangifte te doen.

Bovendien: streven naar een jaaraangifte houdt jou en je bedrijf klein.

Wil je toch af van de kwartaalaangifte?

Vraag dan liever een maandaangifte aan.
Daar zie ik alleen maar voordelen in: je blijft lekker bij en hebt daardoor goed zicht op je inkomsten en uitgaven.

Als bonus ben je vast voorbereid op de tijd dat je BTW-afdrachten aanzienlijk zullen zijn. Net als je winst. 

Welke aangiftetermijn heb jij? Waarom en wat vind je daarvan? Ik lees je antwoord graag hieronder bij de reacties.

Het bericht Nog maar één keer per jaar BTW-aangifte doen, mooi toch? verscheen eerst op De ZZP-School.